De gemeente gaat onderzoeken of de opvang van ongedocumenteerden in het voormalige schoolgebouw aan de Plantage Muidergracht 14 ook na december 2023 open kan blijven. Tijdens een informatiebijeenkomst in januari bleek dat veel buurtbewoners verdere verlenging een goede optie vinden en wethouder Sociale Zaken Rutger Groot Wassink liet weten blij te zijn met die boodschap en de mogelijkheid serieus te gaan bekijken.
Beeld: BO1018
De opvang van rond tachtig ongedocumenteerden ging in het leegstaande gebouw in de Plantage in het voorjaar van 2020 van start en was aanvankelijk bedoeld voor een periode van drie jaar. De gemeente had onlangs al besloten de locatie tot eind 2023 open te houden. Daarnaast wordt op dit moment het linkerdeel van het pand verbouwd om voor de komende drie jaar 80 opvangplekken te creëren voor Oekraïense vluchtelingen.
De wethouder benadrukte wel dat een verdere verlenging van de opvang van de ongedocumenteerden een wijziging zou betekenen van eerder gemaakte afspraken met de buurt. De gemeente zal dan ook pas een ander besluit nemen na uitvoerig overleg met en instemming van de buurt. Maar de kans dat de buurt met verlenging instemt lijkt niet denkbeeldig gezien het draagvlak dat inmiddels ontstaan is. Uit een begin 2022 gehouden draagvlakmeting in de hele stad bleek dat op dat moment zeven op de tien Amsterdammers positief stonden tegenover de 24-uurs opvang van ongedocumenteerden, ook in de eigen buurt. En ook is gebleken dat in alle buurten waar een opvanglocatie is gevestigd, het draagvlak na de komst van de vluchtelingen is gestegen.
Groot Wassink stond ook kort stil bij de resultaten van de opvang die tot eind 2022 onderdeel vormde van de pilot Landelijke Vreemdelingenvoorziening (LVV). In het kader van deze LVV hebben vijf Nederlandse gemeenten, waaronder Amsterdam, in totaal ruim tweeduizend ongedocumenteerden opgevangen met als doel om hen de tijd en de ruimte te geven om zich op hun toekomst te bezinnen. Uit een eind vorig jaar gepubliceerde evaluatie van deze landelijke pilot bleek dat voor iets meer dan zestig procent van hen een voorlopige of definitieve oplossing is gevonden. Een op de vijf kreeg een verblijfsvergunning of vertrok vrijwillig uit Nederland, terwijl veertig procent de kans kreeg om een nieuwe asielaanvraag te doen. Van deze groep werden dankzij een goede voorbereiding zeven op de tien aanvragen alsnog ingewilligd.
Zorgelijk is volgens de evaluatie dat toch nog ruim veertig procent van de ongedocumenteerden de opvang verlaat zonder dat een oplossing voor hun situatie is gevonden. Maar desondanks is het eindoordeel positief. Naast de genoemde resultaten is een duidelijk meerwaarde van deze vorm van tijdelijke opvang dat de bewoners er minder stress en onrust ervaren dan op straat. Daarnaast leven er nu minder vreemdelingen op straat, wat gunstig is voor de openbare orde en het algemene gevoel van veiligheid, aldus het evaluatierapport, dat overigens eindigt met de constatering dat de nu geboden opvang geen wondermiddel is. ‘Het is niet dé oplossing waar bepaalde partijen van te voren op gehoopt hadden. Er blijft sprake van een complex vraagstuk waar geen eenvoudige oplossing voor te vinden is.’