Eind december 2020 verscheen het rapport m.b.t. de evaluatie van het bestuurlijk stelsel in Amsterdam.
De gemeenteraad besloot in 2017 tot het huidige stelsel en stelde daarbij dat halverwege de zittingstermijn het stelsel geëvalueerd zou worden. Hiertoe werd een onderzoeksbureau werd ingehuurd dat vragen heeft voorgelegd aan bewoners en professionals (raadsleden, B&W, Dagelijks Bestuur, stadsdeelcommissie, ambtenaren etc.) , en er zijn individuele interviews met professionals gevoerd.
Uitkomst onder andere dat erg veel mensen (zowel professionals als bewoners) nogal tot zeer ongelukkig zijn met hoe het nu gaat. Iedereen is het er ook over eens dat bewoners onvoldoende ruimte krijgen om mee te denken, en volstrekt onvoldoende plek om mee te beslissen. Ook hebben de onderzoekers zorgen over het democratisch gehalte in de stadsdelen. De gemeenteraad heeft eigenlijk geen beeld wat er in de stadsdelen speelt, en de stadsdeelcommissies hebben te weinig bevoegdheid (geen controle).
Buurtorganisatie1018 heeft 15 januari een commentaar uitgebracht over het evaluatierapport. BO1018 constateert dat het rapport eigenlijk niet echt in kaart brengt hoe en waar bewoners tegenaan lopen, en hoe de bewoners hun positie, de verhouding met de gemeente, ervaren. Het commentaar gefocust vervolgens op de vraag; als we dan allemaal meer participatie willen, moeten we dan niet een helderder maken wat we daar dan precies onder zouden kunnen verstaan? En heeft de gemeente (of: hebben de verschillende stadsdelen) een zelfde beeld gedachte als de bewoners?
Het evaluatierapport (3 delen: evaluatie bestuurlijk stelsel, bestuurlijk rapport en essay stedenvergelijking) en het commentaar van BO1018 zijn te vinden in het dossier bestuurlijk stelsel.